LEVENSBESCHRIJVING VAN DE HEILIGE APOSTEL MATTHEOS, GENAAMD DE LEVIET.

Hij was der Twaalf. Tot zijn bekering tot Christus was Mattheos een tollenaar die belastingen inde voor Rome. Toen hij de oproep van Jezus Christus hoorde : "Volg Mij" ( Mt.9:9), liet hij deze bezigheid voor wat ze was en volgde de Verlosser. Toen hij de genadegaven van de Heilige Geest ontvangen had, ging de Apostel Mattheos aanvankelijk in Palestina prediken. Vooraleer in verder gelegen landen zijn prediking voort te zetten, schreef de Apostel zijn Evangelie op vraag van de Joden die in Jerusalem gebleven waren.

Onder de boeken van het Nieuwe Testament is het Evangelie van Mattheos het eerste. Het is in de Hebreeuwse taal geschreven. De Leer en de handelingen van de Zaligmaker zet Mattheos uiteen, overeenkomstig de drie aspecten van het dienstwerk des Heren : als Profeet en Wetgever, als Heerser over de zichtbare en onzichtbare wereld en tenslotte als Hogepriester die Zichzelf offerde voor de zonden van de mensen.

De Heilige Apostel Mattheos verkondigde de Blijde Boodschap in Syrië, Medië, Perzië en het land der Parthen. Hij beëindigde zijn predikingswerk met zijn marteldoor in Ethiopië. Dit land was bevolkt door kannibalenvolkeren met ruwe gewoonten en opvattingen. De Heilige Apostel Mattheos bekeerde hier door zijn prediking een aantal afgodsdienaren tot het Christengeloof, legde de grondslagen voor de Kerk en bouwde een tempel in de stad Mirmeni waar hij ook zijn leerling Platon als bisschop aanstelde. Toen de Apostel vurig tot God bad voor de bekering van de Ethiopiërs, verscheen de Heer hem tijdens zijn gebed in de gedaante van een jongeling. Hij gaf hem een staf en beval hem deze bij de deur van de kerk te planten. De Heer voorzegde dat uit die staf een boom zou groeien die vrucht zou dragen en uit de wortels zou een waterbron ontspringen. De Ethiopiërs die zich met dat water zouden wassen en van de vruchten eten, zouden hun wilde aard inruilen voor zachtmoedigheid en goedheid. Toen de Apostel deze staf naar de kerk bracht, ontmoette hij de vrouw en de zoon van de heerser van het land, Fulvianos, die door een kwade geest bezeten waren.

De Heilge Apostel genas hen in de Naam van Jezus Christus. Dit wonder bekeerde nog vele heidenen tot de Heer. Maar de machthebber wenste niet dat zijn onderdanen christenen zouden worden en de heidense goden links lieten liggen. Hij beschuldigde de Apostel van tovenarij en beval hem te straffen. Men legde de Apostel Mattheos met zijn aangezicht naar beneden, bedekte hem met sprokkelhout en stak de brandstapel aan.

Toen de brandstapel opgebrand was, merkten allen dat het vuur de Heilige Mattheos geen kwaad had gedaan. Fulvianos beval dan om nog meer sprokkelhout op het vuur te leggen, het met hars te overgieten en er twaalf afgoden rondom te zetten.

De vlammen deden echter de afgodsbeelden ontvlammen en verschroeiden Fulvianos zelf. Verschrikt wendde de Ethiopiër zich to de Heilige met een bede om genade, en op het gebed van de Apostel doofde de vuurhaard. Het lichaam van de Heilge Apostel bleef ongedeerd tot Hij overleed (60).

De heerser Fulvianos betreurde bitter wat hij gedaan had, maar liet zijn twijfels nog niet varen. Hij beval het lichaam van Mattheos in een ijzeren kist te leggen en in de zee te werpen. Fulvianos verklaarde dat indien de God van Mattheos het lichaam van de Apostel ook in het water zou bewaren, zoals in het vuur, dan moest de Ene Ware God aanbeden worden.

In diezelfde nacht verscheen de Apostel Mattheos in een visioen aan de bisschop Platon en beval hem met de geestelijkheid naar het strand te gaan om daar zijn lichaam te vinden. Ook Fulvianos kwam met zijn gevolg naar het strand. De kist werd door een golf aangespoeld en overgebracht naar de...

Orthodox Christendom.Ru

www.orthodoxy.ru

Pravoslavie.ru

Pravmir.ru